WELKOM, BESTE NIEUWKOMER Lees - voor de goede sfeer - eerst de proloog (rechts) en daarna de februari-verhalen 1 t/m 4 op nummerieke volgorde. Klik in 'blogarchief' op 'februari'. SCROLL NAAR BENEDEN en lees ook: 'Wat eraan vooraf ging'. WEES DAARNA EEN LEESKNIKKER!
Powered By Blogger

donderdag 3 mei 2007

Gouden Lepel



“Je bent nu eenmaal
Europees gecodeerd”



Pas enkele dagen nadat ik was weggelopen uit het christelijk opvangcentrum De Stem, in district Parra, durfde ik mij te melden bij de Nederlandse ambassade in Paramaribo. Aanvankelijk was ik bang dat ik mogelijk door de politie werd gezocht. Een maand eerder was ik namelijk gevlucht uit de kerkers van het Psychiatrisch Centrum Suriname, en de volgende dag hadden mannen in burger huiszoeking verricht op het adres waarvan vermoed werd dat ik me er schuilhield. “Als ze je hadden gepakt dan zouden ze je voor twee weken hebben platgespoten en je zou voor altijd als een robot lopen”, had ik meerdere malen gehoord van personen die het konden weten.

Het recent aangebouwde wachtpaviljoen van de ambassade was voornamelijk gevuld met Surinamers die – met een nummertje – zaten te wachten voor een visumaanvraag. Ik was verworden tot een straatschooier met vale kleding en veel te grote sportschoenen die niet van mij waren. Desondanks werd ik met veel respect en erkenning gegroet door bewakers en schoonmaakster. “Dag meneer Brave, hoe gaat het met u?” klonk het consequent en gemeend. De ijzeren elektronische poort ging open en een diplomaat kwam speciaal voor mij naar buiten. Zijn smetteloos en strakke pak stak schril af op mijn uitdossing. Nadat hij mij vriendschappelijk had verwelkomd, zei ik tegen hem: “Weet je dat ik mij nu ineens realiseer dat ik toch met een gouden lepel in mijn mond ben geboren.”
“En het kan geen kwaad dat je die af en toe gebruikt”, antwoordde de diplomaat geheel aanvoelend.

Hij bracht me naar een medewerkster van de consulaire afdeling. Toen ik in haar glasblauwe ogen keek, was het alsof ik eindelijk was aangespoeld aan de Nederlandse kust. “Niet om brutaal te zijn, maar je ogen komen zo vertrouwd over”, zei ik. Ze raakte gevleid en verlegen tegelijk.
Toen even later het hoofd van de consulaire afdeling tegen me zei: “Iwan, we geven echt om je”, was het alsof ik was beland in de ontknopingscène van een bizar sprookje. Het was weer wat anders dan een maand eerder, na mijn vlucht uit het PCS. Ik was de volgende dag bij de ambassade hulp komen zoeken, omdat ik geen vertrouwen meer had in de lokale autoriteiten. Maar de Surinaamse bewakers hadden me vanwege mijn verwarde toestand eigenhandig verwijderd van het terrein – lees: Nederlands grondgebied! De warme ontvangst en hartelijkheid op de ambassade waren welgemeend, maar ik kon uit alles afleiden dat deze blunder van een maand eerder er degelijk ook mee te maken had.
Maar het was – zo zie ik het inmiddels – God die voor mij destijds voorlopig de pas had afgesneden. Ik moest kennelijk nog een laatste stukje traject in Suriname afleggen. In het christelijk opvangcentrum had ik Christus definitief omarmd. Ik had mij echt ingesteld op achttien maanden afkicken in geboorteland, maar op een gegeven moment kreeg ik na een reeks conflicten de influistering: ‘Iwan, je snapt het niet. Je moet terug naar Amsterdam.’

Als Nederlander kan je door eigen toedoen in de derdewereld in de goot belanden en teruggepost worden naar Nederland, waar een uitkering op je wacht, inclusief een ziektenkostenverzekering die een afkickprogramma dekt.
Met dit in mijn achterhoofd, zei ik tegen de directeur van de Ware Tijd: “Als je voorlopig mijn vrouw en kinderen financieel kan ondersteunen, dan red ik mij wel in Amsterdam.” Een dag voor vertrek benadrukte de directeur: “Dit doet niet de krant, maar dit doe ik op persoonlijke titel.” En zo werd ik van twee kanten aan wal getrokken.

Ik ga binnenkort aan de slag als taxichauffeur. De opleiding wordt als ‘werktraject met baangarantie’ geheel betaald door de Nederlandse verzorgingsstaat. Deze week werd de sollicitatiebijeenkomst gehouden. “Er zullen geen kosten voor u tevoorschijn komen”, garandeerde de voorlichter de aanwezigen. “Doe daarom niets voordat het u wordt gevraagd.”
Hoewel de opleiding tien weken gaat duren, is het mogelijk als stagiaire direct te beginnen met rijden. Maar je te laten uitbetalen, werd sterk ontraden. Want anders wordt je uitkering gekort of stopgezet. “En stel dat je zakt voor het examen, dan is het een hele poespas om je uitkering weer op gang te krijgen”, zei de voorlichter. “Daarom is mijn advies het op te sparen als verlofdagen.”
Toen ik het slot van mijn fiets openmaakte, moest ik me echt bedwingen om niet aan zomaar een oudere vrouw, die toevallig passeerde, te zeggen dat alle Nederlanders louter op basis van hun paspoort met een gouden lepel op zak lopen. Haar ontevreden zure gezicht deed mij besluiten slechts met een zonnig, bevoorrecht gevoel weg te fietsen.

Ik denk aan de velen die ik heb ontmoet in de Surinaamse goot en in de smerige cellen van het Psychiatrisch Centrum Suriname. Ik had graag solidair met ze willen zijn, maar na tien jaar Suriname, heb ik één belangrijk inzicht verkregen: ik heb met alle geweld de gouden lepel, die ik met mijn geboorte heb meegekregen, uit mijn bek willen trekken. Dan heb ik het ook over het verkwanselen van mijn talenten. Mijn harde val zie ik als een bolwassing van God hiervoor. Voor mij staat nu rotsvast: Mijn Nederlands paspoort inleveren doe ik nooit; deze gouden lepel laat ik mij nimmer ontnemen, ook mijn kinderen niet! Een Surinamer met een blauw paspoort zei troostend bij mijn vertrek: “Dat je van hier bent, staat buiten kijf; maar je bent nu eenmaal Europees gecodeerd.”

Wat eraan vooraf ging

*iwanbrave=brainwave* Hij vertrok in 1996 als gefrustreerde ex-Het Parool-journalist naar Paramaribo, Suriname voor zijn doorbraak. Hij columnistte 3 jaar voor de Volkskrant, schreef voor de Groene Amsterdammer, werd correspondent van RTL4-nieuws, presenteerde voor ABC Radio van de legendarische Johnny Kamperveen. In 1998 verscheen zijn bundel 'Enkele Reis Paramaribo'. Hij ging een tweede mislukt huwelijk aan met het Parool. Hij legde de bouw van de twee megabruggen - totaal 3 km - vast voor Ballast Nedam. Was medegrondlegger van PIT, Paramaribo Post, Informed, gaf zijn krachten aan United Business Magazine, hoereerde bij Future Radio, flirte met The Times of Suriname, had een haat-liefde verhouding met De West. Werd uiteindelijk chef Binnenland/Economie en politiek redacteur van de Ware Tijd en columnistte voor - last but not least - AD/Haagsche Courant. Totdat hij compleet op was en versplinterd. Oh ja: hij trouwde - na ettelijke relaties en avontuurtjes - ook nog tussendoor AIDSVRIJ met een 19-jarige Aucaanse. Heeft drie kinderen- van wie twee biologisch en twee wettelijk. Al zijn nazaat heeft als geboorteplaats 'Paramaribo'. Niet slecht voor een "EURO-NEGER"! Laatstelijk gesignaleerd in de drugsscene van Paramaribo. Broodmager. Hij vluchtte uit het Psychiatrisch Centrum Suriname - wie zou dat niet hebben gedaan - en liep weg bij het christelijk opvangcentrum voor drugsverslaafden De Stem. Linea recta naar Amsterdam. Voor 'totaal herstel'. Voorlopig zonder zijn gezin.
Powered By Blogger

Klik tips voor optimaal leesplezier!

Klik op: 'Ouder(e)' berichten voor volgend(e) van latere datum. Viceversa voor 'Nieuwer(e)'. Klik op: titel boven elk verhaal (of in "Blogarchief") voor zichtbaarmaken reacties. Klik op 'Startpagina' voor herstel van pagina zonder reacties.